14 november 2018

Acht procent van de gezinnen heeft het moeilijk om zijn woonkrediet af te betalen. Is leningvrij en circulair wonen een interessant alternatief voor de groeiende groep mensen die zich geen eigen woning kan veroorloven? Dat onderzoekt WoonC, een netwerk van onderzoekers, investeerders, materiaalproducenten en overheden, met de bouw van een circulaire woning.
Sinds 2000 zijn de prijzen van de woningen in België meer dan verdubbeld. Dertien procent van wie een lening aangaat, staat daarvoor meer dan 40 procent van zijn inkomen af; bij 8 procent van de leners is dat zelfs meer dan de helft. Voor veel mensen legt een woonkrediet een hypotheek op hun leven en hun vrijheid.
Dat moet anders, vindt een groeiend netwerk van bedrijven, onderzoekers en overheden, met onder andere BAST architects & engineers, Facadeclick, het Vlaams Energiebedrijf, de OVAM, kennisinstelling VITO en het departement Architectural Engineering aan de VUB. Samen voelen ze de mogelijkheden van leningvrij wonen aan de tand in concrete bouwprojecten. Het eerste project gaat in 2019 van start in Wilsele. Een tweede en derde project zitten in de pijplijn.
Materiaal slim gebruiken
Onderzoeker Waldo Galle van VUB Architectural Engineering en VITO: “We gaan niet altijd slim om met de materialen in onze woningen. Neem nu de renovatie van een dak: we kiezen meestal voor nieuwe dakpannen en gooien de oude weg. Oók als die oude dakpannen niet stuk zijn, en de nieuwe niet sterker. Iedereen houdt natuurlijk van ‘eens iets nieuw’, maar is dat geen gemiste kans? Bij iedere renovatie blijft een hoop afval achter, moeten we nieuwe materialen aankopen en sturen we extra vrachtwagens op onze al overvolle snelwegen. Met het hergebruik van die dakpannen of een efficiënte recyclage sparen we geld, afval en overlast uit.”
Dakpan met vier levens
Vandaag is hergebruik niet altijd mogelijk. Oude ramen zijn bijvoorbeeld niet isolerend genoeg, en binnenwanden kunnen maar moeilijk gerecupereerd worden zonder ze te beschadigen. “Wel weten we hoe we hergebruik in de toekomst mogelijk kunnen maken”, stelt Galle. “Ramen kunnen bijvoorbeeld geüpgraded worden, en wanden kunnen volledig demonteerbaar zijn. Door nu al te denken aan het tweede, derde en misschien wel vierde leven van een dakpan, een raam of ieder ander onderdeel van een woning, zal dat bouwelement in de toekomst meer waard zijn dan wanneer het afgedankt moet worden.”
Woningen – en de materialen waarmee ze gebouwd zijn – die nuttig en waardevol blijven, zijn bovendien een duurzamere, misschien zelfs meer rendabele investering dan een traditionele woning of appartement. Het woonkrediet is dan ook niet langer de enige optie.
Wonen as-a-service
Galle: “Met professionele partners zoals Groep Van Roey en Bopro, en financiële instellingen zoals Triodos Bank en Econocom, verkennen we verschillende pistes. Zo zouden particulieren samen in de bouwgrond of de dragende structuur van een gebouw kunnen investeren, als coöperatie of vennootschap. Voor die delen van het gebouw die regelmatig onderhoud nodig hebben en aangepast moeten worden aan nieuwe eisen, kan het interessant zijn dat producenten ze tegen een vergoeding aan de bewoners ter beschikking stellen. Ventilatie en verwarming bijvoorbeeld. Je koopt dan geen installaties aan, maar doet een beroep op een bedrijf dat je verse, warme lucht aanbiedt. Bij zo’n dienst of ‘servicecontract’ ben je trouwens zelf niet verantwoordelijk voor het onderhoud, en betaal je enkel als het bedrijf de afgesproken luchtkwaliteit effectief levert.”
Circulaire pilootwoning
Leningvrij en circulair wonen is een compleet nieuwe manier van wonen, die nieuwe afspraken en spelregels vraagt. “Welke regels dat zijn, onderzoeken we tijdens het bouwproces van een circulaire woning. Dankzij BAST architects & engineers verrijst die woning binnenkort in Wilsele. Hoe verdelen we de baten en kosten over alle betrokken partijen? Welke voorwaarden moeten vervuld zijn om er een duurzaam businessmodel van te maken? Hoe garanderen we woonzekerheid? En welke nieuwe contractvormen zijn nodig? Dat zijn de vragen die iedereen zich stelt. Dankzij WoonC kunnen we onze kennis verbinden en samen die vragen beantwoorden”, legt Galle uit.
Het WoonC-netwerk buigt zich ook over de opportuniteiten die leningvrij, circulair wonen biedt voor de samenleving: welke nieuwe beroepen zijn nodig? Moet de wetgeving aangepast worden? En hoe kunnen technologieën zoals smart monitoring ingezet worden?
Het netwerk van WoonC staat open voor nieuwe partners die hun kennis willen delen en samen stappen vooruit willen zetten in de zoektocht naar een nieuwe, bevrijdende manier van bouwen en wonen. Meer info vind je op de website van WoonC-mediapartner Vlaanderen Circulair.