16 oktober 2018
Wij zijn als samenleving ‘in transitie’ …. onderweg naar een duurzame samenleving. In deze blog wil ik je laten zien waarom die transitie nodig is. Want pas als we dat inzicht hebben, zijn we bereid om te veranderen.
We hebben ons als (vooral: westerse) samenleving dankzij het industriële en postindustriële tijdperk grotendeels aan de armoede onttrokken. We zijn welvarender geworden, gezonder en leven een stuk langer dan een paar honderd jaar geleden. Dat is op zich natuurlijk prima. Maar we zijn zo enorm bezig geweest met het onszelf gemakkelijker en comfortabeler maken dat we ons volledig op het materialisme en het consumeren zijn gaan richten. We willen meer, steeds maar meer; het is nooit genoeg. We zien de aarde als een onuitputtelijke bron van grondstoffen en hulpmiddelen die we kunnen gebruiken voor onze eigen behoeften. We gebruiken die grondstoffen, maken daar spullen van, gebruiken die spullen en gooien ze vervolgens veel te snel weg, want we willen steeds weer iets nieuws. De welvarende mens is letterlijk spilziek geworden. Dat levert een hoop afval op en dat gooien we op een grote berg of we verbranden het. Dat laatste doen we vooral in Nederland en België. Door het verbranden van afval raken we de oorspronkelijke grondstoffen en materialen voorgoed kwijt. Natuurlijk doen we inmiddels ook aan recycleren. Vooral België is daarbij een koploper. Maar recyclage betekent vaak “downcycling” en dus waardevermindering.
Een voorbeeld uit de bouw
Laat ik een voorbeeld uit de bouw nemen. Als we een gebouw afbreken, dan recycleren we onder meer het beton en de bakstenen uit dat gebouw. Maar dat beton wordt vergruisd en kan vrijwel nooit meer opnieuw als beton in de bouw worden gebruikt. Het wordt hoofdzakelijk als fundering onder nieuwe wegen gebruikt. Het beton is daarmee een stuk minder waard geworden, vandaar de term downcycling. Voor nieuwe gebouwen moeten we nieuw beton maken uit nieuwe grondstoffen. En dat raakt ooit een keer op, want de grondstoffenvoorraad is eindig. In het geval van beton is die voorraad van grondstoffen en bestanddelen – hoofdzakelijk zand, grind, water en cement – nog erg groot, maar voor andere materialen raakt het eind van de voorraad nu al in zicht. Voor de productie van beton en met name het cement daarin geldt ook nog eens dat het een vervuilend proces is met veel CO2-uitstoot als gevolg. En dat is maar één enkel voorbeeld. Ik kan tientallen andere voorbeelden opnoemen.
Sprinkhanenplaag
De essentie is: we gebruiken de aarde gewoon op. Wij zijn net een sprinkhanenplaag die ergens neerstrijkt, alles wat er is opvreet en alleen het afval en de ontlasting achterlaat. Zo doen wij als mensheid dat ook: we vreten de grondstoffen op en laten het afval achter. Ons huidige economische model is lineair – delven, maken, gebruiken en weggooien – en daarnaast gericht op voortdurende groei. Maar die groei kan natuurlijk niet eeuwig op die manier doorgaan, want de hoeveelheid grondstoffen is eindig. Voor een aantal grondstoffen hebben we nog maar een tiental jaren aan voorraad. Voor andere grondstoffen hebben we misschien nog wel duizend jaar aan voorraad, maar ook dat raakt ooit op. Door de uitputting van de aarde aan de ene kant en de vervuiling van diezelfde aarde aan de andere kant is de aarde niet langer in balans. En wijzelf ook niet. Wij zoeken het geluk vooral in materiële zaken – geld, spullen, veel eten, all-inclusive vakanties – maar die leiden tot een egocentrisch individualisme en een innerlijke leegte. Daarom moet het anders en daarom moeten we werken aan een duurzame samenleving die zowel de aarde als de mens langdurig welzijn brengt zodat de toekomstige generaties ook de vruchten ervan kunnen plukken.
In de volgende blog wil ik je graag meer vertellen over onze visie en missie op de transitie naar die duurzame samenleving.