17 mei 2019
Circulaire businessmodellen moeten ervoor zorgen dat het voor producenten financieel-economisch aantrekkelijk wordt om hun producten zo duurzaam en circulair als mogelijk te maken. In de vorige blog zagen we dat het traditionele verkoopmodel van de lineaire economie ertoe leidt dat de levensduur van producten bewust wordt verkort waardoor deze veel te snel op de afvalberg terecht komen. Dat moet anders. Maar kan dat ook?
Product als dienst
Ja, het kan, maar het vergt wel een radicale manier van anders denken. Want wat nou als de producent zijn product niet verkoopt aan de consument, maar in plaats daarvan het gebruik van dat product als een dienst levert? De producent blijft in dat geval eigenaar van het product en de consument betaalt periodiek een bepaald bedrag voor het gebruik van het product. Dit leveren van een ‘product als dienst’ is goed voor alle betrokken partijen: de producent, de consument en de planeet. Laat ik dat toelichten met als voorbeeld een ‘wasmachine als dienst’.
Goed voor de producent
In het traditionele model is de producent van de wasmachine er financieel bij gebaat dat na verloop van tijd de consument bij hem weer een nieuwe wasmachine aanschaft. De producent wordt op die manier economisch geprikkeld tot ’geplande veroudering’: het bewust beperken van de levensduur van producten. Immers de producent verdient alleen bij verkoop aan de wasmachine. Maar als hij het gebruik van de wasmachine als dienst levert, dan verdient hij langdurig aan diezelfde wasmachine, namelijk zolang als het product nog werkt en de klant tevreden is. Daarmee is het opeens in zijn eigen belang het product zo goed en zo duurzaam mogelijk te maken, dus ‘geplande verduurzaming’. Hoe langer het product blijft werken en hoe minder vaak het gerepareerd hoeft te worden, hoe beter het is voor de producent en hoe meer hij verdient aan het product. Immers alle kosten voor reparatie en vervanging zijn voor rekening van de producent.
Goed voor de consument
Ook de consument heeft baat bij het gebruik van het product als dienst. Allereerst betaalt hij maandelijks een klein bedrag voor de wasmachinedienst en hoeft hij dus niet meer een grote uitgave ineens te doen. Als het apparaat ooit stuk gaat, dan is de leverancier van de dienst ervoor verantwoordelijk dat de wasmachine gerepareerd wordt en dat kost de consument niets. Hij komt dus niet voor onverwachte uitgaven te staan. Tot slot, als de consument niet meer tevreden is over de dienst dan zegt hij gewoon zijn contract op en kijkt uit naar een andere leverancier.
Goed voor de planeet
Voor de planeet is het ook goed. Het begint al met zoals hierboven reeds vermeld dat het nu opeens in het belang van de producent is zijn product zo goed en duurzaam mogelijk te maken. Dat is meteen al winst, want er worden zo dus minder nieuwe materialen en grondstoffen gebruikt en het leidt tot minder afval. Maar daar hoeft het niet op te houden. Omdat de producent eigenaar blijft van de wasmachine kan hij deze aan het eind van zijn levenscyclus terugnemen en demonteren in plaats van weggooien. Onderdelen die nog in perfecte staat zijn kunnen worden ingezet als onderdelen van een nieuwe wasmachine en de andere onderdelen kunnen worden gerecycleerd tot nieuwe materialen en grondstoffen die de producent zelf kan gebruiken of verkopen. In een perfecte situatie wordt er op die manier in het geheel geen afval meer geproduceerd en is de wasmachine als dienst volledig circulair geworden. Daarnaast is de producent ook een stuk goedkoper uit, want hij hoeft minder nieuwe materialen en onderdelen aan te schaffen.
Het leveren van een product als dienst is dus een duidelijke win-win-win situatie. Helaas loopt het nog niet echt storm met dit circulaire businessmodel en blijft de verkoop van producten het heersende model. Waarom dat zo is en hoe we dat kunnen veranderen, komt de volgende keer aan de orde.